woensdag 17 augustus 2016

Cor Brinkman, ik mis je nu al

Op 27 juli is Cor Brinkman overleden. Mijn maatje, totaal onverwacht. Een hartstilstand op de Chinese Muur. Ik hoorde dit intens droevige nieuws tijdens de eerste dag van mijn vakantie. Drie weken lang heb ik in de Franse en Spaanse zon zitten bedenken hoe ik een mooi eerbetoon aan deze bijzondere collega zou kunnen schrijven. Ik heb nog steeds geen flauw idee. Ook omdat ik het niet kan bevatten. De afgelopen maanden heb ik veel met de 62-jarige geluidsman gewerkt, onder de zwaarste omstandigheden, maar ik heb niks gemerkt. In de snoeptomatenkas was het bijna veertig graden. Ik liep leeg, maar Cor niet. Die was topfit.
En nu is hij er niet meer. Dat kan helemaal niet. Het mag ook niet.
Anderhalf jaar geleden schreef ik voor Broadcast Magazine een lovende column over Cor. Toen het blad net uit was ben ik op een avond met een paar exemplaren van Hèt Mediavakblad bij hem langs gegaan. Een beetje onzeker, want ik betwijfelde of hij het wel kon waarderen dat ik de schijnwerpers op hem richtte. Gelukkig zag ik dat hij tijdens het lezen vochtige oogjes kreeg en hoewel hij het niet met zoveel woorden zei, wist ik dat hij apetrots was. Ik kreeg een stevige schouderklop en we deden een onhandige mannenhug.
Nu ben ik blij dat hij mijn lofzang heeft gelezen, maar ik wil er graag mooie woorden aan toevoegen. Gewoon, omdat hij een groots eerbetoon verdient. Een standbeeld, alleen kan ik niet beeldhouwen.
Cor was mijn favoriete geluidsman. Meer dan twintig jaar heb ik met hem gewerkt. Heel veel voor Het Klokhuis, maar ook voor Vroege Vogels, Nieuws Uit de Natuur, NTR Podium, VPRO Lowlands, Studio Sport, Het Sinterklaasjournaal, Sesamstraat, Kassa en zoveel andere geweldige klussen. De mooiste reizen voor Jules Unlimited heb ik mogen maken met Cor. Ik denk gelijk aan een schitterende reis naar Mount Hood in Amerika en aan de unieke trip naar Zuid-Afrika in 2000.

Het is tien uur ’s avonds en stikdonker als we met drie terreinwagens achter elkaar door het Krugerpark rijden. Richard, de regisseur, bestuurt onze veertig jaar oude Range Rover tot deze voor de derde keer afslaat. Cor en ik voelen ons niet langer op ons gemak en vragen of iemand anders het stuur van deze pruttelkar over kan nemen. Iemand die meer gewend is om in dit terrein en deze auto in het bijzonder te rijden.
Dan stopt de jeep van Jaques voor ons. Ze schijnen met groot filmlicht over het pad. ‘Sssssst!’ doet iemand. Er lopen leeuwen. Eerst zie ik er twee, dan drie.
Vier, vijf, zes, zeven. Ze komen allemaal recht op ons af.
Acht, negen!!!
De leeuwen lopen rustig in onze richting en gaan aan de kant van de weg in het gras liggen. Ik sta achter op de open jeep en vraag me af of dit leuk is. Zeven vrouwtjes en twee mannetjes. Volwassen leeuwen op een metertje of drie van mijn camera. Een keer goed springen voor zo’n volwassen leeuw en ik heb hem op schoot.
De wildlife-filmers, die we deze nacht volgen, zeggen dat deze leeuwen rustig en totaal niet agressief zijn. We hoeven ons dus geen zorgen te maken. Zo lang we maar met de lampen blijven schijnen kunnen ze ons niet goed zien. De drie jeeps worden zo geplaatst dat we met drie camera’s tegelijk opnamen kunnen maken. Jaques zit met onze presentator Paul in een jeep. Zij staan het dichtst bij de beesten. Wij rijden een klein stukje verder om de verbinding te kunnen leggen tussen de wilde dieren en de filmploeg.
Het luide gebrul van de leeuwen gaat door merg en been. Goed geluid, maar wel eng. Cor zet zijn koptelefoon af. Hij gelooft het wel. Veel te indringend.
We filmen de leeuwen vanuit alle hoeken. Als een vrouwtje vlak langs de wagen van Jaques loopt is het bloedstollend. Ed, de Ranger die ons moet beschermen, legt zijn grote lamp op de grond van de jeep en pakt zijn jachtgeweer. Jaques heeft al lang niet meer zoveel leeuwen bij elkaar gezien, en nog nooit heeft hij een brullende leeuw van zo dichtbij kunnen filmen. Wij realiseren ons dat we alle mazzel van de wereld hebben. Een buitengewoon goede score voor slechts één avondje mee met de wildlife-filmers van het Krugerpark.
Maar dan slaat onze oude Range Rover opnieuw af. Nu is het echt niet leuk meer. Alleen met startkabels kunnen we hier weg komen. Ik vind dat geen geruststellende gedachte en kijk naar de geluidsman die op de bijrijder stoel zit. Cor heeft het niet meer en probeert zich te verstoppen. De geluidsman kiest een soort struisvogeltactiek. Hij houdt een theedoek voor zijn gezicht in de hoop dat als de leeuwen hem niet zien, ze ook niets zullen doen. Op dat moment heb ik alle begrip.
Het duurt ongeveer een uur. Dan lopen de wilde beesten verder. We verliezen ze uit het oog. Even is dat spannend, want nu kunnen zij op ons loeren. Dus wachten we een tijdje voor we naar het kamp terugkeren. Daar reageren we allemaal bijzonder blij en uitgelaten. Nu lachen we vooral om Cor die zich probeerde te beschermen met een theedoek.

De planning van Team ENG wist met wie ik het allerliefste draaide, dus telkens voor ze mij belden, hadden ze al uitgezocht of Cor ook beschikbaar was. Als freelancer liet ik me graag inhuren via Team ENG, omdat ik dan lekker met Cor kon werken. Wanneer zijn naam op het callsheet stond wist ik dat het goed kwam én dat het hoe dan ook een leuke dag zou worden.
Cor Brinkman was veel meer dan een collega. Een rots in de branding, mijn soul mate, vriend, als het moest een vaderfiguur, maar even zo vaak mijn ‘partner in crime’ wanneer we weer eens een practical joke uithaalden met de regisseur. Wij vulden elkaar perfect aan. Altijd. Als ik er doorheen zat, dan trok Cor de kar en wanneer ik zag dat hij het even niet meer zag zitten gaf ik extra gas.
Dat gaat dus nooit meer gebeuren. Nooit meer samen op pad. Nooit meer lachen met Cor.
Want man, man, man wat hebben wij gelachen. Misschien moet ik een voorbeeld geven. Gewoon om het intense verdriet even te verdringen. Een anekdote. Een van de vele.

We waren op Texel voor Het Klokhuis, moesten vlug vlug inchecken in een klein shabby familiehotel en gauw door naar een restaurant. We kregen ieder een sleutel met zo'n dikke knots en tot onze grote verbazing ook de afstandsbediening van een tv. Waarom die niet gewoon op de kamer kon liggen is mij tot op de dag van vandaag een raadsel. In alle hotels daarvoor had ik nog nooit een afstandsbediening bij de receptie gekregen en in de achthonderdvijfentwintig hotels daarna is het me ook niet meer overkomen. Maar goed, wij met die enorme sleutel én een afstandsbediening op zak op weg naar het restaurant. Te voet en in het donker. Een beetje melig na een lange draaidag en enigszins verbaasd over het hotel waar we die avond zouden slapen. Tot Cor een man zag. In een huiskamer, op de bank hangend met zijn voeten in witte sokken op tafel, voor de tv. En die tv stond precies voor het raam. Je raadt het al. Cor haalde hij de afstandsbediening uit zijn fleece en richtte die op de tv. Tot zijn grote verbazing én vreugde lukte het direct om de tv op een andere zender te zetten. Als een stel kleine kinderen, die zojuist belletje hadden getrokken, doken we weg achter de struiken. We zagen die man verbaasd naar zijn tv kijken. Hij zocht zijn afstandsbediening en wilde het toestel terug zetten op de andere zender, maar Cor was hem net voor. Vervolgens zette hij het geluid uit. Of harder. Die man binnen werd gek. Heel lang heeft deze super flauwe grap niet geduurd, maar wat hadden we een lol. Gierend van het lachen liepen we door de straten van Den Burg. Ik weet vrijwel zeker dat die meneer de volgende dag een nieuwe televisie is gaan kopen. Ons heeft hij nooit gezien. Ook niet toen Cor op de terugweg nogmaals zijn tv een paar keer ontregelde.

Ach, ik heb zoveel van dit soort heerlijke verhalen. Cor kon je er goed bij hebben. Technisch had hij zijn zaken altijd dik voor elkaar, maar het was vooral een mensenmens. Betrokken, warm, geïnteresseerd en meelevend. Altijd bereid om iedereen te helpen. Vol liefde en met heel veel humor. Een geluidsman van onschatbare waarde. Ik overdrijf het echt niet. En een geweldige ritselaar ook.

Na een bezoek aan de mosterdfabriek kreeg Cor een paar potjes mosterd, bij Calvé regelde hij voor twee jaar Pindakaas, de buxuskweker gaf hem een mooi boompje mee voor achter in de tuin en bij Bolletje versierde hij een nieuwe voorraad beschuit en knäckebröd.
Met zijn stralende glimlach hoefde hij er niet eens om te vragen. Het was een kwestie van timing en interesse tonen. Precies op het juiste moment tegen de directeur zeggen dat de kleinkinderen dol zijn op Kokosbrood en je kreeg een tas vol mee.
Deze sympathieke manier van ritselen was voor Cor een sport op zich. Daar heb ik vaak de vruchten van geplukt. Maar als Cor zich al te rijk rekende wees ik hem op de dag dat we voor Het Klokhuis opnamen maakten in de ijsfabriek.
De regisseur had ons vooraf laten weten dat hij al tijdens lokatiebezoek grote bakken Ben & Jerry's ijs had meegekregen en dat dit voor een deel in zijn Fiat Doblo was gesmolten. Daarom had Cor “voor de zekerheid" een grote koelbox en verschillende koeltassen meegenomen. Hij was helemaal voorbereid. Maar aan het eind van de draaidag kregen we niets, nada, noppes. Nog geen Mini Magnum. Dus reed hij mokkend en mopperend het terrein van de ijsfabriek af. Gelukkig kon hij er alweer smakelijk om lachen voor we in Hilversum waren. Het werd een goed verhaal en een fijne waarschuwing op momenten dat hij even iets te gretig werd in een volgende Klokhuisfabriek. Dan hoefde ik alleen maar heel zachtjes “Ben & Jerry's” tegen hem te zeggen.

Zo kan ik tientallen verhalen vertellen. Cor is ook de enige geluidsman waarvan ik een speciale map met foto’s in mijn computer heb. Die was ik stiekem aan het verzamelen voor zijn pensioen, over een paar jaar. Niet dat ik ooit heb nagedacht over een tijd waarin ik niet meer met hem zou draaien. Ik rekende er op dat hij na zijn pensioen wel een beetje zou blijven schnabbelen.
Dat het nu al voorbij is… Ik kan en wíl het maar niet geloven.
Cor Brinkman, ik mis je nu al!







5 opmerkingen:

  1. Cor, ik heb altijd bewondering gehad voor je rust en beheersing, je ging alles met de glimlach tegemoet. Precies wat een beginnende geluidsman nodig had, zoals Rein het noemt 'een mensenmens'.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Hoi Rein,

    Helaas heb ik mijn oom nooit zo bijzonder goed mogen kennen, maar herken hem toch zeker wel uit jouw verhaal.
    Dank je wel voor jouw blik op hem.

    Veel sterkte!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Prachtig verhaal Jan Rein,ik krijg nog voortdurend tranen in mijn ogen als ik er aan denk.
    Cor was een zeldzaam mooi mens.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Wat een prachtig en verdrietig verhaal. Ik kwam het artikel van Mart via FB tegen. Cor was altijd één van mijn favoriete geluidsmensen toen ik nog voor DV ENG freelancte. Wat een shock. Verbijsterend. Sterkte.

    BeantwoordenVerwijderen

Ik wil reacties altijd eerst even lezen, voor ze op dit weblog worden geplaatst. Daarom kan het even duren voor een reactie wordt gepubliceerd. Ik plaats niet zomaar elke reactie. Het is mijn weblog, dus ik bepaal wat ik een goede reactie vind en wat niet. Als je het er niet mee eens bent, dan moet je lekker zelf een weblog beginnen.
Anonieme reacties zal ik extra kritisch bekijken.