zaterdag 3 februari 2018

herdenking watersnoodramp 1953

Twee en een halve dag ‘rust’ na het trekken van beide verstandskiezen op links leek mij meer dan voldoende. De herdenking van de watersnoodramp van 1953 stond bovendien al een tijdje in mijn agenda en de eerste cameraman had me een rustige camerapositie beloofd. ‘Jij en Guido doen het studiootje,’ hoor ik hem nog zeggen, toen we ’s ochtends om half zeven verzamelden in een tent bij het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk. Daar was het nog zo donker dat ik de Zeeuwse Bolussen  niet heb zien liggen. Buiten was het winderig en op dat moment regende het even heel hard.
Binnen een paar minuten bleek dat ‘het studiootje’ niets meer was een klein podium, boven op de dijk. Niks binnen, niet eens een tentje. Nee, vol in de wind. Het idee daarachter was ‘eenvoud’ en bovendien hadden ze het in 1953 ook niet gemakkelijk gehad.
Tijdens het opbouwen liet de zon zich even zien. Dat was toen ik, rond acht uur, mijn camera naar zijn positie bracht. De lucht kleurde oranje. Een mooi moment om een foto te maken van de vlag die halfstok hing, maar vrijwel direct daarna realiseerden de weergoden zich dat een stralend zonnetje niet past bij de herdenking van een watersnoodramp. De lucht betrok. Voor we de posities in ‘het studiootje’ getest hadden regende het pijpenstelen en niet veel later kwamen er hagelsteentjes met bakken uit de lucht.
Ik vond dat ik niet mocht klagen. In 1953 was het immers erger. Toen hadden de mensen in Zeeland geen Gore-Tex jassen van The North Face en stevige Meindl’s met Falke sokken van de firma Thermowear.
De regisseur had al besloten om de centrale presentatie van onze live-uitzending en de interviews niet op de dijk te doen, maar -voor zover mogelijk- in de luwte van de dijk. Wel leek het ons aardig om de teaser en de promo op de oorspronkelijke plek te doen. De altijd goedgemutste NOS presentator Herman van der Zandt was er wel voor te porren. Mijn handschoenen waren inmiddels doorweekt en ik had ijskoude handen. Bibberend maakte ik een trage inzoom, waardoor het leek alsof de wind tegen de camera beukte. De regendruppels die vol op de lens spatten maakten het nog echter. Poetsen was kansloos. Als de beeldtechnicus alles in zwart-wit had getrokken, dan zou de kijker kunnen denken dat we deze opname ook uit het archief hadden gehaald.
Onder zulke omstandigheden is het altijd de kunst om alle apparatuur heel te houden. Lang leve vuilniszakken en rollen gaffertape. Toch protesteerde mijn camera vlak voor we ‘op zender’ zouden gaan. In eerste instantie dachten we dat het aan de kabel lag, maar een nieuwe triax bracht niet de oplossing voor het probleem. Met nog vijf minuten te gaan besloot ik de camera om te wisselen.
De materiaalwagen stond een paar honderd meter verderop en dus moest ik hollen. Op dat moment speelde mijn kaak op. Tegen zulke draaidagen is geen Ibuprofen opgewassen. Opgeven is echter geen optie in de televisiewereld. We gaan door tot het gaatje en in de wetenschap dat het altijd weer goed komt. Zo ook deze ochtend. Precies op het juiste moment schoof een verse ‘Camera 2’ aan in het studiootje, op een veldje in Ouwerkerk waar het behoorlijk stormde en waar een paar mannen stonden te praten over de watersnood in 1953.
Mijn outdoor outfit had de strijd tegen regen en hagel inmiddels opgegeven, maar toen Prinses Margriet arriveerde brak de zon weer even door en kon een mooie herdenking beginnen. We hadden inmiddels wel allemaal een idee van het drama dat zich 65 jaar geleden op deze plek moet hebben voltrokken. Veel erger natuurlijk dan wat wij een paar uurtjes hadden moeten trotseren, maar dit vond ik al vervelend genoeg. Ik was dolblij dat het tweede deel van deze dag zich binnen in het Watersnoodmuseum afspeelde en dat we een geweldige producer bij ons hadden die goed weet hoe belangrijk een overheerlijke maaltijd op zulke dagen is.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Ik wil reacties altijd eerst even lezen, voor ze op dit weblog worden geplaatst. Daarom kan het even duren voor een reactie wordt gepubliceerd. Ik plaats niet zomaar elke reactie. Het is mijn weblog, dus ik bepaal wat ik een goede reactie vind en wat niet. Als je het er niet mee eens bent, dan moet je lekker zelf een weblog beginnen.
Anonieme reacties zal ik extra kritisch bekijken.