woensdag 20 september 2017

Casper

Elk zichzelf respecterend facilitair bedrijf heeft minimaal één Casper in dienst. Frank,  Gerard, Kees, Jorrit of Niels, het maakt niet zo veel uit hoe ze heten, maar ik noem hem nu voor het gemak even Casper, de lopende handleiding. Zo iemand die je midden in de nacht kan bellen met vragen over een onmogelijke storing of iets dat je zoekt in het ondoorgrondelijke menu van een willekeurig apparaat en die dan gelijk het juiste antwoord paraat heeft. De man die alles fiksen kan, zelfs op afstand.
Casper is van de TD, de Technische Dienst. Elk schroefje, hoe klein ook, heeft hij los of vast gedraaid. Ieder kabeltje kan hij solderen en hij kent elk menu op zijn duimpje. Je kan het zo gek niet bedenken of hij weet van de hoed en de rand. Je zou bijna denken dat hij elke avond voor het slapen een gebruiksaanwijzing uit zijn hoofd leert.
Ik word altijd vrolijk van zulke gasten. Zeker als ze begrijpen dat veel storingen het beste te vergelijken zijn met kiespijn: Zodra je er naar laat kijken zijn ze verdwenen. Desondanks neemt Casper mijn op- of aanmerkingen altijd serieus en bovendien snapt hij donders goed dat ik niet alles wil weten over DIP-switches, printplaten en popmeters. Ik hoef tegenwoordig niet eens meer elke instelling, setting, functie of optie te kennen. Ik ben een gebruiker, een verhalenverteller, geen technicus. Voor mij moet een apparaat gewoon doen wat ik wil. Van wis- en natuurkunde, elektronica of informatica heb ik slechts zeer beperkt kennis. Daarvoor maak ik juist altijd dankbaar gebruik van helden zoals Casper, die in Jip- en Janneketaal uitleggen wat ik moet weten en me verder niet lastig vallen met de bits en bytes die schuil gaan achter alle dieper gelegen engineeringmenu’s.
Goede cameramensen werken overal en anders kan je ze inhuren, maar een sterke technische dienst is goud waard. Daarmee blijft apparatuur langer in leven en wordt de betrouwbaarheid van het hele bedrijf groter. Op de TD doen ze anno 2017 veel meer dan preventief onderhoud en noodreparaties. Complexe projecten kunnen alleen nog draaien als er een Casper bij betrokken is. Hij zorgt er voor dat alles op het juiste moment werkt en blijft werken onder de gekste omstandigheden. Apparatuur die eigenlijk niet bij elkaar hoort laat hij, door middel van zelf geknutselde kastjes of slimme omwegen, met elkaar praten. Oude onderdelen worden hergebruikt alsof het een Franse garage is. Geef hem even en hij heeft een creatieve oplossing voor elk technisch vraagstuk. Hij praat iedereen bij over nieuwe ontwikkelingen, leert gebruikers op een verstandige manier om te springen met alle gadgets die er zijn en waar nodig spreekt hij prutsers streng toe.
Een echte Casper maakt het verschil. Zeker in tijden waarin de vernieuwingen elkaar in rap tempo opvolgen en er op technisch vlak strategische keuzes gemaakt moeten worden. Dan heb je juist mensen nodig die nuchter blijven, objectief naar nieuwe speeltjes kijken en slimme alternatieven verzinnen. Zulke medewerkers verdienen zichzelf terug, ondanks het feit dat opdrachtgevers in onze omroepwereld lang niet altijd betalen voor advies of technische ondersteuning. 
Je hoort ze nooit klagen. Doorgaans blijven ze liever een beetje op de achtergrond of verschuilen ze zich achter werkbanken die vol liggen met nog te repareren apparaten, gereedschap, meters, snoertjes en boutjes. Ik denk dat alle Caspers in Omroepland meer waardering verdienen, maar een prijs in het leven roepen voor de beste techneut is waarschijnlijk geen goed idee. Je doet zulke mannen het grootste plezier met een kratje bier. Vakmanschap is immers meesterschap.

Deze column schreef ik voor BM (voorheen Broadcast Magazine), hét mediavakblad van Nederland. Elke maand mag ik een stuk schrijven voor dit prachtige tijdschrift in de reeks ‘Point of view’. Dit betoog staat in BM 367, de digitale uitgave van september 2017. Een abonnement op BM kan ik iedereen die werkzaam is in de audiovisuele mediawereld aanraden.









1 opmerking:

  1. Ooit was ik ook een Casper, maar ik was ook een Jan Rein. Wel een Jan Rein met wat technische bagage in de rugzak, maar toch een Jan Rein die af en toe best technische hulp kon gebruiken en die hulp ook kreeg. In die tijd heette Casper voor mij nog Gerard, maar "what's in a name" nietwaar? Nu ben ik met pensioen, dus voor mij geen Casper meer, maar de waardering die ik proef uit de blog van Jan Rein, daar kan ik mij helemaal in vinden. Zowel als een Jan Rein (gebruiker) als wel als een Casper (helper).
    Jan Rein bedankt en ik hoop van harte dat veel Jan Reinen en Martins en ach, hoe ze allemaal heten doet er niet zoveel toe, jouw mening en waardering delen.
    Hartelijke groet,
    Aat

    BeantwoordenVerwijderen

Ik wil reacties altijd eerst even lezen, voor ze op dit weblog worden geplaatst. Daarom kan het even duren voor een reactie wordt gepubliceerd. Ik plaats niet zomaar elke reactie. Het is mijn weblog, dus ik bepaal wat ik een goede reactie vind en wat niet. Als je het er niet mee eens bent, dan moet je lekker zelf een weblog beginnen.
Anonieme reacties zal ik extra kritisch bekijken.