Amsterdam. Zaterdagochtend mocht ik tijdens een repetitie plaats nemen op het podium van het concertgebouw. Precies in het midden, met om me heen de muzikanten van London Sinfonietta. Vanaf die positie, tussen twee vleugels, kon ik een extreme close-up maken van Brad Lubman, de dirigent.
Van mij werd verwacht dat ik stil was en me niet verroerde. Ik mocht de musici absoluut niet storen of hinderen.
Als er iemand niet thuis hoort op deze plek, dan ben ik het wel. Zo a-muzikaal als een fruitvlieg en totaal geen verstand van klassieke zaken. Laat staan dat ik ooit van de componist Steve Reich had gehoord of van zijn stuk Daniel Variations.
Het aardige van mijn werk is dat je er opeens midden in zit. Onverwacht, omdat zo’n standpunt ter plekke wordt bedacht en geregeld. En dan moet je haast maken om op die bevoorrechte positie te komen voor het orkest gaat spelen. Er wordt een kistje geregeld om op te zitten, het statief klap je uit in de laagst mogelijke stand. De geluidsman rolt een lange kabel uit, want hij kan er niet bij blijven. En dan wil de regisseur nog snel iets tegen je zeggen, maar het is al te laat. Camera loopt en de dirigent tikt af.
Met je neus vooraan, de oren tussen de instrumenten die luider spelen dan je zou verwachten. Een unieke ervaring, waar lang niet iedereen voor in aanmerking komt. Alleen de cameraman die shots moet maken van de dirigent.
De eerste minuten was ik druk met filmen. Compositie, belichting en scherpte. Maar al snel had ik het onder controle en in principe stonden de beelden die we nodig hadden zo op de disk. Ik kon daar alleen niet weg. De zangers achter me draaien ging ook niet, want hun muziekstandaarden stonden te hoog en dekten, vanuit mijn point of view gezien, hun gezichten af. Dus restte niets anders dan op mijn gemak genieten van deze repetitie. De camera liet ik lopen, omdat ik het niet kon laten.
Het viel me op dat de balans van verschillende instrumenten op het podium verschilt met het geluid in de zaal. Musici horen iets heel anders dan de dirigent of het publiek. Dat lijkt me soms lastig voor de artiesten.
Maar goed. Ik zei al dat ik er feitelijk geen verstand van heb.
Daarom was het extra interessant om dit eens mee te maken. Door een lens kijken is op zo’n moment het aller leukste. Ongegeneerd observeren en nog dichterbij komen dan je feitelijk al bent. Het zijn de gelegenheden en locaties waar ik me realiseer dat er geen mooier werk is dan camerawerk.
Van mij werd verwacht dat ik stil was en me niet verroerde. Ik mocht de musici absoluut niet storen of hinderen.
Als er iemand niet thuis hoort op deze plek, dan ben ik het wel. Zo a-muzikaal als een fruitvlieg en totaal geen verstand van klassieke zaken. Laat staan dat ik ooit van de componist Steve Reich had gehoord of van zijn stuk Daniel Variations.
Het aardige van mijn werk is dat je er opeens midden in zit. Onverwacht, omdat zo’n standpunt ter plekke wordt bedacht en geregeld. En dan moet je haast maken om op die bevoorrechte positie te komen voor het orkest gaat spelen. Er wordt een kistje geregeld om op te zitten, het statief klap je uit in de laagst mogelijke stand. De geluidsman rolt een lange kabel uit, want hij kan er niet bij blijven. En dan wil de regisseur nog snel iets tegen je zeggen, maar het is al te laat. Camera loopt en de dirigent tikt af.
Met je neus vooraan, de oren tussen de instrumenten die luider spelen dan je zou verwachten. Een unieke ervaring, waar lang niet iedereen voor in aanmerking komt. Alleen de cameraman die shots moet maken van de dirigent.
De eerste minuten was ik druk met filmen. Compositie, belichting en scherpte. Maar al snel had ik het onder controle en in principe stonden de beelden die we nodig hadden zo op de disk. Ik kon daar alleen niet weg. De zangers achter me draaien ging ook niet, want hun muziekstandaarden stonden te hoog en dekten, vanuit mijn point of view gezien, hun gezichten af. Dus restte niets anders dan op mijn gemak genieten van deze repetitie. De camera liet ik lopen, omdat ik het niet kon laten.
Het viel me op dat de balans van verschillende instrumenten op het podium verschilt met het geluid in de zaal. Musici horen iets heel anders dan de dirigent of het publiek. Dat lijkt me soms lastig voor de artiesten.
Maar goed. Ik zei al dat ik er feitelijk geen verstand van heb.
Daarom was het extra interessant om dit eens mee te maken. Door een lens kijken is op zo’n moment het aller leukste. Ongegeneerd observeren en nog dichterbij komen dan je feitelijk al bent. Het zijn de gelegenheden en locaties waar ik me realiseer dat er geen mooier werk is dan camerawerk.
Okee, nu ben ik even jaloers op je; ben namelijk GROOT liefhebber van Steve Reich! Ik ben ervan overtuigd dat men over een paar honderd jaar net zo over Reich spreekt als wij nu over Mozart!
BeantwoordenVerwijderen