Utrecht. Mijn moeder deed ooit de in ons gezin inmiddels legendarische uitspraak: ‘Ik kan ook lachend slaan!’ Toch kan ik me niet herinneren dat ze ooit zo ver is gegaan. Op mijn opvoeding kijk ik zonder enige rancune terug. Mijn ouders hebben het goed gedaan. Nou was ik natuurlijk zelf ook een voorbeeldig ventje.
Nu ik zelf papa ben vraag ik me met enige regelmaat af hoe je kinderen op de beste manier groot brengt. Met name onze peuterpuber van bijna drie zorgt er voor dat ik steeds meer geinteresseerd raak in de Nanny-programma’s op SBS6. Vanavond had ik bijna de neiging om hem lachend te slaan, maar ik weet dat mijn Lieve Lief mij dan lachend vermoord.
Art is een slechte eter. Dat was hij niet tot ongeveer op de dag waarop meneer twee werd, nu bijna een jaar geleden. Sindsdien is hij kieskeurig en wij hebben ons voorgenomen om er geen strijd van te maken, maar inmiddels willen we wel dat hij meer van de schaal van vijf gaat eten. Dus vinden we dat hij, heel ouderwets, gewoon moet eten wat de pot schaft. De vraag is alleen hoe je dat voorelkaar krijgt bij onze kleine joker.
De afgelopen maanden zijn al onze trucendozen opengetrokken. We hebben vanalles geprobeerd en soms ook met tijdelijk succes, maar bijvoorbeeld vanavond at meneer twee stukjes aardappel en liet hij zijn broccoli en vleesje liggen, om vervolgens hard richting Duplo te hollen. Het liefst was hij pas terug gekomen op het moment waarop de woorden ‘toetje’ of ‘Mini Moesje’ zouden vallen. Papa en mama vonden echter dat hij nog niet van tafel kon en riepen hem tot de orde. Althans, dat probeerden wij.
‘Art, kom je nog even aan tafel?’ De formulering was modern vragend en wellicht ietwat vriendelijk, maar ik gebruikte mijn strenge toon. Alleen deed meneer alsof hij Oost-Indisch doof was.
‘Art!!!’ zei ik nogmaals. Nu op mijn strengst. Geen reactie. Zelfs stemverheffing had geen enkel effect. Het enige wat de kleine doerak deed was mij lachend aankijken.
Ik stond op om hem te pakken, maar dat is hier in huis doorgaans een spelletje. Art gilde van plezier en rende rondjes om de bank. Hoe ging ik nu duidelijk maken dat het menens was?
Ik pakte hem op, probeerde in zijn ogen te kijken en waarschuwde nog een keer. Als hij nu niet normaal op zijn stoel kwam zitten zou hij op de gang moeten. Die straf werkt in 99 van de 100 gevallen. Behalve vandaag. Het leek Art een prima ideetje om even op de trap te gaan zitten. Met plezier liet hij zich even later afleveren in de hal van ons huis. Hij had de meest ondeugende twinkel in zijn ogen en hield zijn hand voor de mond om zijn grijns te bedekken. Meneer wist dat hij heerlijk stout was.
Eenmaal terug in de kamer keek mijn Lieve Lief me lachend aan. Ik had zojuist geen enkele indruk gemaakt. Mijn hele optreden was een fiasco. Ik vond het ook wel grappig, maar baalde tegelijkertijd en herinnerde mij de uitspraak van mijn moeder.
Na een paar minuten ging ik eens kijken op de gang. Art zat vrolijk op de trap. Hij had er een paar reclamefolders bij gepakt die door de brievenbus waren gevallen. Ik nam plaats naast hem en vroeg met serieuze stem of hij even naar mij wilde kijken. Mijn gezicht stond in de boze stand. Tenminste, dat dacht ik.
Op het moment waarop ik nogmaals wilde uitleggen dat hij heel stout was kwam Art met zijn hoofd naar me toe. Hij lachte en gaf me een lange natte zoen. Vol op de mond. Hij sloeg een arm om mijn nek alsof hij zeggen wilde dat ik me niet zo druk moest maken. Je moet erbij geweest zijn, maar het was een uiterst grappig moment. Ik moest keihard lachen en Art ook. Alle gezag aan diggelen.
Nu ik zelf papa ben vraag ik me met enige regelmaat af hoe je kinderen op de beste manier groot brengt. Met name onze peuterpuber van bijna drie zorgt er voor dat ik steeds meer geinteresseerd raak in de Nanny-programma’s op SBS6. Vanavond had ik bijna de neiging om hem lachend te slaan, maar ik weet dat mijn Lieve Lief mij dan lachend vermoord.
Art is een slechte eter. Dat was hij niet tot ongeveer op de dag waarop meneer twee werd, nu bijna een jaar geleden. Sindsdien is hij kieskeurig en wij hebben ons voorgenomen om er geen strijd van te maken, maar inmiddels willen we wel dat hij meer van de schaal van vijf gaat eten. Dus vinden we dat hij, heel ouderwets, gewoon moet eten wat de pot schaft. De vraag is alleen hoe je dat voorelkaar krijgt bij onze kleine joker.
De afgelopen maanden zijn al onze trucendozen opengetrokken. We hebben vanalles geprobeerd en soms ook met tijdelijk succes, maar bijvoorbeeld vanavond at meneer twee stukjes aardappel en liet hij zijn broccoli en vleesje liggen, om vervolgens hard richting Duplo te hollen. Het liefst was hij pas terug gekomen op het moment waarop de woorden ‘toetje’ of ‘Mini Moesje’ zouden vallen. Papa en mama vonden echter dat hij nog niet van tafel kon en riepen hem tot de orde. Althans, dat probeerden wij.
‘Art, kom je nog even aan tafel?’ De formulering was modern vragend en wellicht ietwat vriendelijk, maar ik gebruikte mijn strenge toon. Alleen deed meneer alsof hij Oost-Indisch doof was.
‘Art!!!’ zei ik nogmaals. Nu op mijn strengst. Geen reactie. Zelfs stemverheffing had geen enkel effect. Het enige wat de kleine doerak deed was mij lachend aankijken.
Ik stond op om hem te pakken, maar dat is hier in huis doorgaans een spelletje. Art gilde van plezier en rende rondjes om de bank. Hoe ging ik nu duidelijk maken dat het menens was?
Ik pakte hem op, probeerde in zijn ogen te kijken en waarschuwde nog een keer. Als hij nu niet normaal op zijn stoel kwam zitten zou hij op de gang moeten. Die straf werkt in 99 van de 100 gevallen. Behalve vandaag. Het leek Art een prima ideetje om even op de trap te gaan zitten. Met plezier liet hij zich even later afleveren in de hal van ons huis. Hij had de meest ondeugende twinkel in zijn ogen en hield zijn hand voor de mond om zijn grijns te bedekken. Meneer wist dat hij heerlijk stout was.
Eenmaal terug in de kamer keek mijn Lieve Lief me lachend aan. Ik had zojuist geen enkele indruk gemaakt. Mijn hele optreden was een fiasco. Ik vond het ook wel grappig, maar baalde tegelijkertijd en herinnerde mij de uitspraak van mijn moeder.
Na een paar minuten ging ik eens kijken op de gang. Art zat vrolijk op de trap. Hij had er een paar reclamefolders bij gepakt die door de brievenbus waren gevallen. Ik nam plaats naast hem en vroeg met serieuze stem of hij even naar mij wilde kijken. Mijn gezicht stond in de boze stand. Tenminste, dat dacht ik.
Op het moment waarop ik nogmaals wilde uitleggen dat hij heel stout was kwam Art met zijn hoofd naar me toe. Hij lachte en gaf me een lange natte zoen. Vol op de mond. Hij sloeg een arm om mijn nek alsof hij zeggen wilde dat ik me niet zo druk moest maken. Je moet erbij geweest zijn, maar het was een uiterst grappig moment. Ik moest keihard lachen en Art ook. Alle gezag aan diggelen.
Dat eten komt echt wel. Maak er geen machtsstrijd van (zoals ik destijds deed). Je verpest alleen de sfeer aan tafel. Laat maar gaan, ze verhongeren echt niet. En het fijn hebben met je nazaten is veel belangrijker, want dan kun je later in echt belangrijke kwesties misschien wel bijsturen.
BeantwoordenVerwijderenDat jochie gaat later vĂ st ook leuke stukkies schrijven..
BeantwoordenVerwijderenZo leer je steeds meer. Ik vroeg keiki laatst netjes of ze me even wilde helpen met haar kamer op te ruimen. NEE zei ze. Ik helemaal verbaasd. Ja, zegt ze je vraagt het toch.
BeantwoordenVerwijderenDat zijn best lachwekkende situaties, achteraf..., niet op dat moment!
Nu wordt er niets meer gevraagd, maar we zeggen gewoon: ruim nu je kamer op. Het werkt (nog wel).
Komt alleamaal goed en er komen steeds andere dingetjes op je pad.
Succes ermee!
Wacht maar tot ze de verboden woorden ontdekken ... ik geloof dat jij dat vroeger ook deed op de kleuterschool ... kloonszak !!
BeantwoordenVerwijderen