zondag 19 augustus 2012

noodweer

'Attentie, attentie! Iedereen naar binnen! Het gaat regenen!!!', roepen Art en Imme in koor. Ze hebben de handjes als toeters rond hun mond en rennen driftig heen en weer over de camping. Ik hol er met de handycam achteraan. Beroepsdeformatie.
Boven ons pakken zwarte wolken zich samen. De eerste donderklappen zijn in de verte al te horen.
Het is zondagmiddag, 5 augustus 2012, rond de klok van vijf uur. We zijn op een kleine camping in Zuid Frankrijk. In La Salvetat-Peyralès om precies te zijn. De Midi-Pyrénées, niet ver van Albi, Rodez en Mileau.
Dit wordt een vrij hilarisch vakantiefilmpje. Al zeg ik het zelf. Dat ligt niet aan de zelf regisserende cameraman, maar aan de twee improviserende acteurs.
'Attentie, attentie!' Gilt Imme. 'Iedereen naar binnen!' Brult Art. Ik monteer in de camera en maak even een shot van de donkere wolken. Drie seconden. Niet langer.
Als de eerste dikke druppels vallen trekken de kinderen een sprintje naar onze tent. Mama staat op en klapt rustig de stoelen in. Ik berg mijn camera op en pak het campingtafeltje. We trekken alle ritssluitingen dicht. Inmiddels gaat het tikken van de druppels op het ademend ripstop katoenpolyester over in een lange roffel. Dit is niet zomaar een bui.
Kijkend door het plastic raampje van de Esperia Bardani zie ik dat het hagelt. En niet een beetje.
Noodweer!
Takken breken van de bomen. Het regent bladeren. En tussendoor kletteren hagelstenen zo groot als pingpongballen op de grond en het tentdoek. Binnen een paar minuten is de grond buiten wit. De tent van de buren heeft het er moeilijk mee.     
Imme zit bij mama op schoot. Art staat te dicht bij het zeil en krijgt zo'n kogel op zijn kop. Hij gilt het uit van de pijn. Vader en moeder kijken elkaar bezorgd aan. Heel even maar, om de kinderen niet bang te maken.
Het begint hier en daar een beetje te lekken. Ik heb de camera weer gepakt, maar kom amper aan filmen toe. Het is zaak om de last van hagelbrokken, bladeren en takken van het dak af te duwen. Ondertussen vraag ik me serieus af wat te doen als de tent het begeeft.
Het doffe geluid van klaterende ijsklonten is behoorlijk beangstigend. Hoe lang gaat dit nog goed?
De auto staat een stuk verderop op een parkeerterrein. Daar hol je niet zomaar naartoe zolang de bomen en witte granaten uit de lucht vallen.
Het duurt een kwartier. Niet langer. Dan zien we opeens weer de zon. Er ontstaat vanaf de grond een mist die met een rookmachine te maken is. Je zou het prachtig kunnen noemen, ware het niet dat de camping veranderd is in een soort rampgebied.
Nieuwsgierig ga ik in mijn zwembroek en op slippers de schade opnemen, terwijl moeder en kinderen nog even afwachten in de tent. Het water in de beek is al meer dan twintig centimeter gestegen. Van onze zelfgebouwde dam zie je niets meer. De tent is veranderd in een boomhut, de grond in een vreemd soort gletsjer en de bomen staan erbij alsof het eind oktober is.
Alle tenten naast de onze zijn beschadigd. De meeste zijn gescheurd. Stokken zijn krom door de last van takken, water en ijsblokken. Onder de tent van onze buren stroomt een dikke laag modder van het hoger gelegen pad.
Voor veel mensen op de kleine camping lijkt de vakantie ten einde. Onze tent heeft het gehouden! Ik durf alleen niet goed naar de parkeerplaats. Liever maak ik wat foto's. Eventueel voor een verzekering en anders als volleerd ramptoerist. Dit zijn de plaatjes die je eens per jaar in de krant of televisie ziet, maar dan is het altijd bij anderen. Nu kijk ik zelf een beetje wezenloos om me heen.
Als ik uiteindelijk op het parkeerterrein kom zie ik aan de gezichten van medekampeerders al hoe laat het is. Ook mijn auto is veranderd in een poffertjespan. Er zitten rondom honderden, zo niet duizend, kleine deukjes. Alleen onder het dakkoffer is het plaatwerk van de Volkswagen Passat nog strak.
Toch realiseer ik me al snel dat we geluk gehad hebben. Er komen mensen terug op de camping die in het bos waren en die overvallen zijn door de hagel. Zij zitten onder de blauwe bulten en bloeduitstortingen. Hun tentje is stuk en de auto is net zo beschadigd als die van mij. Maar ook zij laten zich niet kisten. Ze repareren hun tent met tape en zitten de volgende dag alweer vrolijk met een Frans krantje in de zon, als wij met alle overgebleven gasten het terrein van de camping aanharken.
Lang leve de vakantie!
Art en Imme hebben in elk geval een goed verhaal. Ze hadden ook nog zo gewaarschuwd.













1 opmerking:

  1. Ik durf te wedden dat PaRein en MaRein een soortgelijke herinnering hebben. Er waren alleen geen kinderen bij. Ik wel.

    BeantwoordenVerwijderen

Ik wil reacties altijd eerst even lezen, voor ze op dit weblog worden geplaatst. Daarom kan het even duren voor een reactie wordt gepubliceerd. Ik plaats niet zomaar elke reactie. Het is mijn weblog, dus ik bepaal wat ik een goede reactie vind en wat niet. Als je het er niet mee eens bent, dan moet je lekker zelf een weblog beginnen.
Anonieme reacties zal ik extra kritisch bekijken.