Al in 1987
maakte ik, op 15-jarige leeftijd, mijn debuut als cameraman bij de lokale
omroep in Geleen, maar mijn carrière startte pas echt op 2 januari 1994. Op die
dag begon ik aan een zes maanden durende stage bij de Amsterdamse zender AT5.
Trots als een pauw ging ik op pad met loodzware, maar echte Betacam SP
camcorders en stond ik in de studio achter een LDK91 op Ospey-dolly.
Al doende
leerde ik in rap tempo het vak, want een cameraman bij AT5 draaide wel drie of
vier nieuwsitems op een dag. Soms zelfs vijf of zes. Zo kwam je als beginnend
cameraman terecht in de meest uiteenlopende situaties en leerde je draaien
onder alle omstandigheden. AT5 was een perfecte leerschool.
Ik was 21 en
als Limburgs menneke nog niet zo veel gewend. Ik vond het maar wat stoer als ik
naar de training van Ajax werd gestuurd voor een interview met Louis van Gaal
of Frank Rijkaard. Of wanneer ik met Frank Awick naar een sterrenparty moest.
Maar het meest leerde ik als ik op pad mocht met Joost van Krieken, Ton
van Royen of Marc Belinfante. Dat waren verslaggevers die in mijn ogen super
wereldwijs waren en het leuk vonden om met de onervaren Limbo te draaien. Van
hen kreeg ik kansen en onderweg spijkerden zij mijn algemene ontwikkeling bij.
In 1994 waren
er belangrijke verkiezingen, Amsterdam was druk met het ontwikkelen van plannen
voor de aanleg van IJburg, Manfred Langer van de IT overleed, Ajax werd landskampioen en de IRT affaire speelde.
Mijn allereerste zelf gedraaide item ging over de Horecava in de Rai. Beelden
die ook de landelijke televisie haalden maakte ik op donderdag 31 maart, toen
bij de Vreemdelingenpolitie op de Bijlmerdreef een paar duizend illegalen zich
meldden in de veronderstelling dat ze een verblijfsvergunning konden krijgen.
Als enige cameraman stond ik op het dak van het gebouw en kon ik filmen hoe de
politie te paard probeerde te voorkomen dat de menigte naar binnen ging. Het
was best beangstigend, maar 's avonds liet ik iedereen triomfantelijk weten dat
mijn shots het Journaal hadden gehaald.
In die dagen
werkte in Amsterdam en omgeving een grote grijze freelance cameraman voor het NOS
Journaal. Bijna dagelijks kruisten onze wegen. Ik weet heus wel hoe hij heet,
maar ga zijn naam niet noemen. Het was niet bepaald een aardige man. Het woord
'collegialiteit' kwam in zijn vocabulaire niet voor. Al snel ontdekte ik dat
hij het niet moest hebben van gelikt camerawerk. Mooi filmen kon hij niet. Hij
werd vooral gewaardeerd vanwege zijn scoringsdrift, het feit dat hij vaak het eerst
ter plaatse was, altijd vooraan stond en de beelden had waar het verhaal mee
verteld kon worden. De manier waarop deed bij zijn opdrachtgever kennelijk niet
ter zake.
Ik kreeg een
gloeiende hekel aan de man, omdat hij er geen enkele moeite mee leek te hebben
om het werk en humeur van collega's te verpesten. Zo was ik eens als eerste
aanwezig bij een persconferentie en stond mijn statief op pole-position, tot
meneer arriveerde en mijn driepoot aan de kant gooide, terwijl ik buiten even
snel een exterieurshot maakte. De man blies met zijn acculamp zonder pardon in
mijn lens als we na afloop een exclusief interview filmden of banjerde dwars
door mijn shot als hij even 'snijshots' ging maken. Het waren geen incidenten.
Dit overkwam mij in mijn eerste maanden bij AT5 met enige regelmaat. Dan ging
hij heel dicht naast mij aan staan en met zijn statiefpook tegen mij aan drukken, zodat dat ik geen steady shot meer kon maken. Of hij dook bij een boekpresentatie op
moment suprême overal voor.
Ik werd er
gek van, maar uiteindelijk hadden Marc en ik hem een keer goed te pakken. Het
was de dag na de verkiezingen. D66 had flink gewonnen. Wij stonden met de
verzamelde pers op een gracht te wachten op de komst van lijsttrekker Hans van
Mierlo. Het duurde en het duurde. Mijn verslaggever fluisterde in mijn oor dat
ik niet hoefde te reageren als hij mij een bepaalde kant op zou dirigeren. Ik
moest zelf vooral goed om me heen blijven kijken. Marc wees even later naar een
brug en riep mij luid en duidelijk. 'Daar komt hij!' Waarop de
Journaal-cameraman direct een sprintje trok. Ik bleef staan en zag dat precies
op dat moment, van de andere kant, Hans van Mierlo kwam aangewandeld. In alle
rust kon ik mijn shot maken, een stuk meelopen en Marc kon zelfs een paar
vragen stellen. Tegen de tijd dat het NOS Journaal de lijsttrekker in beeld had
was deze al bijna bij de ingang van een vergaderzaal. Wat hadden Marc en ik een
lol. Een koekje van eigen deeg.
Ik leerde dat
je niet altijd lief moet zijn in dit vak, dat je stevig in je schoenen moet
staan en dat enige creativiteit soms goed van pas komt.
Marc kwam ik
deze week tegen in een goed restaurant te Brussel. Stom toeval. Er kwamen
gelijk veel meer mooie verhalen bovendrijven in mijn herinnering. Misschien
schrijf ik die ook nog eens op.
met Ton van Royen in de Stopera...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Ik wil reacties altijd eerst even lezen, voor ze op dit weblog worden geplaatst. Daarom kan het even duren voor een reactie wordt gepubliceerd. Ik plaats niet zomaar elke reactie. Het is mijn weblog, dus ik bepaal wat ik een goede reactie vind en wat niet. Als je het er niet mee eens bent, dan moet je lekker zelf een weblog beginnen.
Anonieme reacties zal ik extra kritisch bekijken.