Ik zat nog maar een paar maanden bij AT5 toen onze vaste planner de
overstap maakte naar NOB Fieldproduction. Jeroen Hek was mijn rots in de
branding, dus vond ik het ontzettend jammer dat hij weg ging. Maar tijdens een
etentje ter gelegenheid van zijn afscheid zei hij, zo duidelijk dat de
directeur van AT5 het goed kon horen, dat hij mij naar Hilversum zou halen. Ik
was zeer gevleid, alleen wist ik niet of ik dit kon geloven.
Een paar weken later stond ik te kletsen met Monica. Zij was een van de
mooie receptionistes die AT5 in die dagen rijk was. Niemand had al een eigen
mobiele telefoon, dus lagen er op haar balie, bij de ingang in de
Reguliersdwarsstraat, allemaal gele briefjes met daarop berichten van mensen
die gebeld hadden. Die moest die terug bellen en of die even contact op wilde
nemen met die.
Ik zei tegen Monica dat ik het jammer vond dat er nooit een bericht
voor mij tussen zat, waarop zij haar pen en een Post-It pakte en aan mij vroeg
wat ze dan op dat papiertje moest schrijven. Ik antwoordde gekscherend dat ze
er maar op moest zetten dat ik het NOB moest terugbellen. Dat deed ze en ze
legde het briefje tussen de andere notities voor redacteuren, producers,
verslaggevers en directeuren.
Een half uur later liep ik weer voorbij die balie en tot mijn grote
vreugde had iemand iets op het briefje gekrabbeld. Onder de tekst 'Jan Rein NOB bellen' stond: 'Niet doen! Eerst bij mij komen. Ronald.'
Ronald van Wechem was de commercieel directeur van AT5 en dus kreeg ik dankzij
de opmerking van Jeroen en de stomme grap van Monica en mijzelf, nog voor mijn
stage was afgelopen, een contract voor drie dagen in de week. Daarmee was ik de
tweede cameraman in de geschiedenis van AT5 met een minimum aantal gegarandeerde
uren.
Twee maanden later belde Jeroen. Of ik wilde komen praten bij het NOB
in Hilversum. Ze zochten jonge talenten. Dat gesprek heb ik ook gevoerd, in de
zomer van 1994, maar ik vond het zelf veel te snel gaan. Ik wilde eerst
afstuderen en meer vlieguren maken in Amsterdam. Bovendien vond ik het wel zo
netjes als ik mijn nieuwe contract bij AT5 niet direct zou laten ontbinden. We
spraken af dat ik een jaar later opnieuw contact zou opnemen met Jeroen.
Dat hoefde ik zelf niet te doen. Hij belde in juli 1995 opnieuw. Het
waren de gloriedagen van de televisie. De vraag naar cameramensen was groot.
Weer ging ik op gesprek bij NOB Fieldproduction. De crewmanager was op
vakantie, maar met zijn meerdere maakte ik gelijk een afspraak voor drie dagen
in de week. Hij vroeg me wat ik verdiende bij de regionale zender en ik zei dat
dit iets meer dan 20 gulden per uur was. De man dacht dat ik het over een netto
bedrag had en rekende gelijk om wat ik dan bruto moest verdienen. Ik zweeg en
kreeg voor mijn gevoel gelijk een riante salarisverhoging. Pas later ontdekte
ik dat een cameraman in die dagen 600 gulden per dag verdiende.
Ik had op dezelfde dag ook een gesprek bij Cinevideogroep en daar kon
ik ook beginnen, maar dan moest ik eerst een tijdje assistent zijn, terwijl ik
bij AT5 en het NOB al als zelfstandig cameraman op pad mocht. Die keuze was
snel gemaakt. Begin september 1995 was ik, na anderhalf jaar fulltime bij AT5
gewerkt te hebben en het tussendoor behalen van mijn diploma, officieel
freelance cameraman. Ik weet nog dat ik het vooral stoer vond om in zo'n
Renault Espace met NOB logo te mogen rondrijden.
Het werd allemaal steeds echter. Mijn jongensdroom was uitgekomen.
Wat ik nooit zal vergeten is dat ik op mijn eerste dag bij het NOB te
laat in Hilversum kwam. Ik had nog geen eigen auto, moest met de trein en die
had natuurlijk vertraging. Het was een zaterdagmiddag en ik zou meelopen met de
zeer ervaren sportcameraman Jan Eeckelaert. Die was heel vriendelijk, maar van
de geluidsman die mee ging naar Heracles kreeg ik onwijs op mijn lazer. Hij
vond het absoluut niet kunnen dat een beginnend broekie niet op tijd kwam. Natuurlijk
had hij gelijk en ik schaamde me kapot. De directheid maakte vooral veel
indruk. Ondanks het feit dat mijn carrière keihard ging en ik in anderhalf jaar
tijd steeds meer zelfvertrouwen had gekregen stond ik weer met beide beentjes
op de grond.
Het leuke is dat Cor Brinkman later mijn favoriete geluidsman is
geworden, dat we heel veel hebben meegemaakt, nog steeds met grote regelmaat
samenwerken en dat ik het inmiddels erg prettig vind als hij eerlijk zegt wat
hij denkt.
De foto is misschien een beetje gek, maar het is een van de weinige
foto's die ik heb uit deze periode. Het gaat eigenlijk ook niet om mij, maar om
die NOB auto met dat prachtige logo. Hier wilde ik al in rijden sinds ik ergens
eind jaren '80 het Basisboek Televisiemaken cadeau kreeg. Daarin stond een foto
van zo'n ENG-auto. Toen ik de droom uiteindelijk verwezenlijkte was ik
apetrots.
Ik heb in die 6 jaar dat ik bij het NOB gewerkt heb, zeer veel fotos gemaakt. Als ik verhuisd ben (na februari 2014) zal ik enns kijken of ik fotos heb waar jij ook op staat.
BeantwoordenVerwijderenAls ik er evt niet meer aan denk, graag een email of berichtje bij facebook om me eraan te herinneren.
Groetjes René