In de Volkskrant van vandaag staat op de sportpagina een artikel waar
ik, als woordvoerder van de Internationale Bond Voor Voetbalcameramensen (IBVVC),
even op moet reageren. Het betreft een klein stukje met de kop ‘Spelersvakbond: geen camera in kleedkamer’
en het bericht is een reactie van de vakbond voor voetbalprofs (VVCS) op het
incident met Graziano Pellè na afloop van de wedstrijd tegen FC Twente.
De Feyenoord-spits trapte het afgelopen weekend in een gefrustreerde
bui tegen een dug-out, terwijl hij werd gevolgd door een oplettende collega
cameraman. Vervolgens filmde deze op veilige afstand hoe Pellè in de catacomben
het reclamebord van de flashpositie stuk schopte en hoe de woeste voetballer
nog uithaalde naar een televisielamp.
Nu heeft Danny Hesp van de VVCS gisteren op Radio1 gezegd dat hij de
discussie wil aangaan over wat je precies wel en niet in beeld mag brengen. Dit
is weer een reactie op een verhaal in de Telegraaf waarin gesteld wordt dat
Feyenoord, naar aanleiding van de straf van Pellè, voortaan geen camera’s meer
in de spelerstunnel wil toestaan. Hesp heeft hier begrip voor.
Kennelijk is men van mening dat de woede-uitbarsting van de speler
minder erg zou zijn als het niet was uitgezonden op televisie. Bovendien vindt
Hesp dat voetballers in bepaalde delen van het stadion recht op privacy hebben.
Afgezien van het feit dat de actie van Pellè in dit geval keurig vanaf de
rand van het veld is gefilmd, ben ik toch vooral verbaasd over het feit dat de
voetbalwereld die televisiecamera’s telkens weer ziet als de vijand. Ze vinden
het kennelijk vervelend dat alle emoties die spelen rond een potje voetbal in
beeld worden gebracht. Het is heel hinderlijk dat door de voortschrijdende
techniek, het toenemend aantal camera’s en de vaardigheden van onze
cameramensen steeds vaker overtredingen of misdragingen van voetballers in
beeld zijn en mede daardoor de KNVB straffen uitdeelt.
Het lijkt er op dat er in voetbalstadions weinig begrip is
voor de cameramensen die gewoon hun werk doen langs de lijn. Spelers, trainers
en publiek vinden vooral dat de camera’s in de weg staan en dat die
cameramensen voornamelijk bezig zijn met het in beeld brengen van al het
negatieve. Dat is een verkeerd vooroordeel.
Ik denk dat ik namens alle cameramensen spreek als ik zeg dat wij
vooral proberen om ons werk zo goed mogelijk te doen en dat wij dit doen in
opdracht van mensen die jaarlijks heel veel geld overmaken aan de voetbalclubs.
Het salaris van zo’n Pellè kan misschien alleen betaald worden dankzij de
inkomsten uit televisiegelden, maar daar gaat het ons cameramensen niet eens om.
Wij zijn ook allemaal liefhebbers van het spelletje. Wij houden van een
spannende pot voetbal en van een eerlijke strijd op het veld. Wij maken daar
graag mooie shots van en doen dat vooral vol overgave voor de miljoenen die
daar met veel plezier naar kijken.
Het is onze sport om alles in beelden te vangen. Dat doen wij met veel
passie. Het liefst met plezier en soms ook met emotie. Los van het salaris kan
je veel vergelijkingen trekken tussen de cameraman en de voetballer. Alleen
heeft die cameraman steeds vaker het gevoel dat hij niet welkom is in de
voetbalstadions. Dat hij wordt tegengewerkt. Gedoe met stewards bij poortjes, ruzie
over cameraposities, slecht eten, scheldende supporters, mopperende trainers en
nu ook weer een bond van spelers die de camera’s en cameramensen aan banden wil
leggen. Het moet niet gekker worden.
Voetbal en de camera’s zijn voor elkaar gemaakt. Als iedereen zich
normaal weet te gedragen is er echt niks aan de hand.
Iets meer respect van de voetballerij voor de televisiecamera, dat is echt
niet teveel gevraagd!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Ik wil reacties altijd eerst even lezen, voor ze op dit weblog worden geplaatst. Daarom kan het even duren voor een reactie wordt gepubliceerd. Ik plaats niet zomaar elke reactie. Het is mijn weblog, dus ik bepaal wat ik een goede reactie vind en wat niet. Als je het er niet mee eens bent, dan moet je lekker zelf een weblog beginnen.
Anonieme reacties zal ik extra kritisch bekijken.