Toen de
hoofdrolspeler in een klein relletje na een week eindelijk voor de camera
verscheen, deed de verslaggever zijn journalistieke plicht. Hij vroeg naar het
hoe en waarom. De hoed en de rand. Oorzaak, gevolg. Het gesprek was zeker niet
onvriendelijk, maar de interviewer liet zich niet uit het veld slaan door
standaard antwoorden uit een goedkope mediatraining.
Eerder in de
week waren een paar stevige uitspraken uitgelekt. Nu de hoofdrolspeler zelf
weer wilde spreken, moest op zijn minst even geverifieerd worden wat daarvan
klopte. En wat niet.
Je zou het
technisch gesproken 'oprakelen' kunnen noemen, want het incident behoorde
volgens alle betrokkenen tot de voltooid verleden tijd, maar het moest in de media alleen nog even 'voor eens en voor
altijd de wereld uit'. Dat was het plan van de verslaggever. Tenminste, zo deed
hij het voorkomen. Helemaal vies van een oplaaiend vuurtje zal hij niet zijn
geweest.
De
geïnterviewde kon het best even meewerken. Een bepaalde mate van openheid was
geboden. Draaien en keren zou het waarschijnlijk alleen maar erger maken. Ook
een ongenuanceerde mening of eigenwijze koppigheid konden zomaar een eind maken
aan de gesuste onenigheid. De pas getekende vrede was nog broos.
Achter de
camera stond de persvoorlichter. Die luisterde aandachtig mee. Vanuit een
ooghoek kon ik zien dat de man meer op zijn lip beet naar mate het gesprek voor
de camera vorderde. De man begon nerveus aan zijn neus te wrijven. Het
interview kon elk moment ontsporen. Nu moest de vragensteller ophouden met
doorvragen. Het was genoeg geweest. Hij hinkte machteloos van het ene op zijn
andere been. Het liefst had hij ingegrepen, maar dat is, met een draaiende
camera in de buurt, dodelijk. Dat weet elke communicatiespecialist.
Toch deed de hoofdrolspeler
het niet slecht. Hij gaf niet louter wenselijke antwoorden, maar hij kwam
eerlijk en oprecht over. En duidelijk. Wat hem betreft was alles uitgesproken.
Hij keek weer vooruit.
Na twee
minuten was het klaar. De verslaggever zocht nog naar een uitsmijter voor het
gesprek. Een punch line voor een verhaal. Hij maakte een grapje. Niet
ijzersterk; wel leuk. De geïnterviewde reageerde er iets te serieus op, maar
ook dat was prima. Alleen ontplofte aan de zijkant van het kleine gangetje de
voorlichter, zoals ik al lang geen persvoorlichter meer heb zien ontploffen.
Terwijl de
verslaggever en de geïnterviewde elkaar een hand gaven en keurig ‘dankjewel’
zeiden riep de man van de communicatie naar de verslaggever: ‘Wat ben jij een
rat!’
Het
onschuldige grapje was blijkbaar verkeerd begrepen en helemaal in het verkeerde
keelgat geschoten. De man nam zijn beschermeling mee en smeet ouderwets met de
deur.
De
verslaggever en ik bleven achter en keken elkaar verbaasd aan. Ik vroeg alleen nog even of er bepaalde afspraken waren gemaakt
voorafgaand aan dit gesprek, maar dat bleek niet het geval. Het was ook heel
onschuldig allemaal. De geïnterviewde had zich er prima uit gered en toch
moest de voorlichter bijna een nieuwe deur vergoeden vanwege een heel pure,
maar buitengewoon onprofessionele reactie.
Tien minuten
later heeft de voorlichter overigens zijn excuses aangeboden. Dat dan weer wel.
Nu ben ik toch wel erg benieuwd geworden naar: "......het hoe en waarom. De hoed en de rand. Oorzaak, gevolg....""
BeantwoordenVerwijderenWordt dat nog uitgezonden?