Camerawerk voor televisie kan je grofweg
indelen in twee stromingen: ‘ENG’ en ‘Meercamera’.
Onder ENG (Electronic News Gathering) valt in
principe alles wat wordt opgenomen met camera’s voorzien van een in- of
aangebouwde recorder en waarvan het beeldmateriaal voor uitzending nog langs de
montage moet. Denk aan alle reportages voor nieuws- en
actualiteitenprogramma’s, maar ook de filmpjes van Vroege Vogels en Het
Klokhuis. Het gaat van documentair tot reisprogramma. Van eenvoudig drama tot reality-tv.
In de meeste gevallen wordt gewerkt met slechts één camera.
Meercamera betreft alle programma’s vanuit
studio’s en registraties van evenementen, concerten of sport met meerdere
camera’s tegelijk. In dat geval zijn de camera’s verbonden met een vaste regieruimte
of grote regiewagen, waarin een regisseur kiest uit alle beelden die hem of
haar op dat moment worden aangeboden.
ENG en meercamera kan je zien als twee werelden
met ieder zijn eigen specialismen. Lang niet alle cameramensen zijn op beide
fronten actief. Bij de grote facilitaire bedrijven zijn het verschillende
afdelingen, die qua planning niet altijd even goed met elkaar samenwerken. Voor
mij was dat een van de redenen waarom ik zes jaar geleden ben gaan freelancen.
Ik vind beide disciplines even interessant en wilde na tien jaar in vaste
dienst bij een ENG-bedrijf weer meer meercamera gaan doen.
Er is natuurlijk een bepaalde overlap. Een shot
is een shot, maar de ‘skills’, waarvan men verwacht dat een cameraman ze in
huis heeft, zijn bij een ENG opname anders dan bij een meercamera productie.
Een ENG cameraman doet zijn eigen diafragma en plaatst meestal zelf het licht. Bij
een meercamera-situatie wordt dat geregeld door andere vakgebieden, maar moet
de cameraman precies weten wat de andere camera’s in beeld hebben en wanneer
hij of zij door het shot van een collega dreigt te lopen.
Bij een een-camera productie kan de cameraman
in veel gevallen zelf bepalen hoe hoog hij de lat legt. Hij is vaak meer zelf
regisserend. Zo bepaalt hij bijvoorbeeld zelf met hoeveel of weinig
scherptediepte hij een shot maakt. Of hij wel of niet gaat zoomen. Wanneer hij
stopt met bewegen. En als het even niet lekker uitkomt, kan hij de take nog
eens opnieuw doen.
Tijdens een grote live uitzending moet het
beeld scherp zijn vanaf het moment dat het rode lampje gaat branden tot het
moment waarop het weer dooft. De cameraman heeft niet in de hand waar het
stopt. Het is aan de regisseur of de schakeltechnicus die bepaalt wanneer het
genoeg is geweest.
Ik ben een televisiedier. Alle vormen en
stijlen wil ik ontdekken. In principe staat bijna elke tv-productie op mijn
bucketlist. Ik ben bijvoorbeeld geen heel groot voetballiefhebber, maar het is een
hele uitdaging om een wedstrijd technisch en inhoudelijk goed in beeld te
brengen. Van een stevig politiek debat, op het scherpst van de snede, word ik
net zo vrolijk. Of van klassiek ballet. Een wielerkoers, de intocht van
Sinterklaas, Pinkpop of Koningsdag, het is allemaal even spannend. Het draaien
van een mooi filmpje over paling kan ook heel complex zijn. Camera technisch, inhoudelijk, maar ook je sociale
vaardigheden spelen elke dag een belangrijke rol.
Een goede cameraman is als een kameleon, die
zich altijd en overal aanpast aan de situatie en de mensen om hem heen. Het is
de variatie die mij aanspreekt, maar het is ook de kunst om onder alle
omstandigheden te leveren wat een opdrachtgever graag wil zien. De lessen uit
de meercamera neem ik mee naar ENG en andersom. Ik hoef niet overal de
allerbeste in te zijn; ik vind voor mijzelf de veelzijdigheid belangrijker. Het
allerliefst ben ik allround inzetbaar.
Daarom was ik deze week zo blij dat ik twee
dagen mocht meedraaien tijdens de opnamen van The Voice Kids. Dat was op het
Mediapark in Studio 24. Laat dat nou een plek zijn waar ik nog niet eerder had gewerkt.
Want hoewel mijn werkpakket inmiddels keurig is verdeeld tussen ENG en
meercamera kom ik zelden in een studio. Dat is voor mij een heel nieuw terrein:
de televisiefabriek. Met alle respect overigens, maar hier wordt televisie aan
de lopende band gemaakt en dat is ook een fascinerend facet van het vak.
Ik heb twee lange dagen mijn ogen uitgekeken en
gezien hoe mijn collega’s van DutchView dit type camerawerk tot kunst weten te
verheffen. Razendsnel, doeltreffend en alle emoties op het juiste moment in het
beste kader gevangen. Rete strak, zonder elkaar in de weg te lopen.
Voor mij voelde het alsof ik in een warm bad
terecht kwam. Het is niet altijd zo dat je als freelance cameraman direct helemaal
in een nieuwe ploeg wordt opgenomen. Dat iedereen bereid is om je wegwijs te
maken. Laat staan dat ze allemaal graag willen helpen met praktische tips en
handige trucjes. Ik vond het super leuk en heel leerzaam in die grote studio. Dat
had ik, verwend als ik ben, heel eerlijk gezegd, vooraf niet helemaal verwacht.
Ik was een jaar of tien toen ik op het Duitse ARD en ZDF die 'televisiefabriek' ontdekte. Camerawerk bij grote amusementsshows zoals de ooster buren al vroeg hadden met veel beweging (ballet!) dat was het helemaal, vond ik. Interessant dat ik dat wist zonder ooit achter een camera te hebben gestaan. Ik vermoed dat het spiegelneuronen in mijn brein waren die de beweging van de cameraman nadeden. Het is er nooit van gekomen, het werken in een studio. Wel 38 jaar zelf regisserend cameraman en samen met een of twee collega's altijd op pad. Ik heb niet echt de indruk iets gemist te hebben ondanks dat de vroege jongensdroom dus iets anders uitpakte.
BeantwoordenVerwijderenGerard