Rotterdam. Een groot nadeel van live-televisie of registraties met meerdere camera's tegelijk is het eeuwige gehannes met kabels. Telkens als ik bij een dergelijke productie betrokken ben realiseer ik me hoe prettig het is om te werken met camera's die een ingebouwde recorder hebben. Na afloop is het een kwestie van bandje of schijf afgeven en wegwezen. Bij grote televisieprojecten worden honderden meters, zo niet kilometers, kabel uitgerold. Aan het eind van de dag moet alles weer netjes worden opgeruimd. Dat voelt altijd als mosterd na de maaltijd.
De vorige week in Hongarije werkte ik met een draadloze camera. Nou ja, draadloos… Dankzij de zogenaamde RF zender kon ik me vrij bewegen op de grid, in de pits en het paddock, maar uiteindelijk bleek er heel wat kabel te zitten tussen de antennes van deze zendercamera en de satellietwagen op het tv compound. Twee keer vijfhonderd meter is toch een kilometer. En of ik na afloop van een zware middag even wilde helpen met oprollen.
Ik vind het niet leuk en ben er niet goed in. Dat heeft natuurlijk alles met elkaar te maken. Omdat ik het trekken aan dikke draden verschrikkelijk vind wordt het ook nooit wat. Bovendien leef ik mijn leven met een aangeboren onhandigheid.
Zelfs een kabel die gewoon rechtuit ligt krijg ik in de knoop. Laat staan dat ik aan de slag moet met zogenaamde 'achtjes'.
Een 'acht' is in tv-termen een dikke kabel die is opgebost in de vorm van een gekantelde 8. Vaak zijn dit rode camerakabels; ook wel triax genaamd. Zo'n 8 is hartstikke handig, want als je het goed doet raakt de kabel niet in de knoop. Ik ken jongens die heel wat meters probleemloos opachten en ze daarna in een ruk weer uittrekken.
Mij lukt dat nooit.
Vandaag stond ik op het dak van een tribune met een metertje of dertig in mijn handen. Keurig netjes in een 8. Het was de bedoeling dat ik camera 1 met de regiewagen verbond, maar binnen twintig seconden stond ik naast een gigantische berg spaghetti. Wat ik precies heb gedaan kan ik niet reconstrueren, maar de kabel zat op meerdere plaatsen in de knoop. Omdat ik al een deel had vastgeplakt heb ik er na een langdurig gevecht uiteindelijk voor gekozen om een paar knopen te laten zitten. Buitengewoon slordig natuurlijk.
Het opruimen van camerakabels is eigenlijk het ergste. Bij mij komen er altijd slagen in en dan wordt zo'n stugge kabel onhandelbaarder dan het kutkind van de overburen.
De meeste haspels hebben zoveel omwentelingen gemaakt dat er bijna altijd iets mis is. Ze lopen stroef of de handgreep waaraan je moet draaien is afgebroken. Die kabels hebben in een stadion vaak op de smerigste plekken gelegen en alles komt door je handen of langs je kleding. Stof, mayonaise, stront en je wil niet weten hoe vaak er over camerakabels wordt gepiest.
De vorige week in Hongarije werkte ik met een draadloze camera. Nou ja, draadloos… Dankzij de zogenaamde RF zender kon ik me vrij bewegen op de grid, in de pits en het paddock, maar uiteindelijk bleek er heel wat kabel te zitten tussen de antennes van deze zendercamera en de satellietwagen op het tv compound. Twee keer vijfhonderd meter is toch een kilometer. En of ik na afloop van een zware middag even wilde helpen met oprollen.
Ik vind het niet leuk en ben er niet goed in. Dat heeft natuurlijk alles met elkaar te maken. Omdat ik het trekken aan dikke draden verschrikkelijk vind wordt het ook nooit wat. Bovendien leef ik mijn leven met een aangeboren onhandigheid.
Zelfs een kabel die gewoon rechtuit ligt krijg ik in de knoop. Laat staan dat ik aan de slag moet met zogenaamde 'achtjes'.
Een 'acht' is in tv-termen een dikke kabel die is opgebost in de vorm van een gekantelde 8. Vaak zijn dit rode camerakabels; ook wel triax genaamd. Zo'n 8 is hartstikke handig, want als je het goed doet raakt de kabel niet in de knoop. Ik ken jongens die heel wat meters probleemloos opachten en ze daarna in een ruk weer uittrekken.
Mij lukt dat nooit.
Vandaag stond ik op het dak van een tribune met een metertje of dertig in mijn handen. Keurig netjes in een 8. Het was de bedoeling dat ik camera 1 met de regiewagen verbond, maar binnen twintig seconden stond ik naast een gigantische berg spaghetti. Wat ik precies heb gedaan kan ik niet reconstrueren, maar de kabel zat op meerdere plaatsen in de knoop. Omdat ik al een deel had vastgeplakt heb ik er na een langdurig gevecht uiteindelijk voor gekozen om een paar knopen te laten zitten. Buitengewoon slordig natuurlijk.
Het opruimen van camerakabels is eigenlijk het ergste. Bij mij komen er altijd slagen in en dan wordt zo'n stugge kabel onhandelbaarder dan het kutkind van de overburen.
De meeste haspels hebben zoveel omwentelingen gemaakt dat er bijna altijd iets mis is. Ze lopen stroef of de handgreep waaraan je moet draaien is afgebroken. Die kabels hebben in een stadion vaak op de smerigste plekken gelegen en alles komt door je handen of langs je kleding. Stof, mayonaise, stront en je wil niet weten hoe vaak er over camerakabels wordt gepiest.
Achten zijn handig?
BeantwoordenVerwijderenWelnee; http://cyberjo.nl/archives/203