“We gaan iets nieuws doen!” Hoewel dit in Omroepland een gewaagde uitspraak is, met een niet al te positieve lading, hoor je hem nog regelmatig. Ook deze keer uitgesproken zonder cynische ondertoon. Waarschijnlijk is de regisseur te jong om dit legendarische statement in historisch perspectief te plaatsen. Hij wil slechts zijn stempel drukken op deze productie.
Dit is de eerste draaidag voor een nieuw seizoen ‘Van de regen in de drup’, waarin naïeve mensen met een serieus probleem te kakken worden gezet op de nationale televisie. Tegelijkertijd wordt hun kwestie halfslachtig opgelost. Dat het de producenten vooral te doen is om het goedkoop produceren van een kijkcijferhit zullen zij niet snel toegeven. De makers geloven echt dat deze arme stakkers beter af zijn wanneer ze hun lot in handen van de tv-engeltjes leggen. “Anders worden deze gevallen niet geholpen. Bovendien hebben zij zichzelf opgegeven voor deze show.” Dat zulke mensen wanhopig zijn en niet overzien wat de deelname aan zo’n programma met zich meebrengt wordt voor het gemak vaak vergeten.
“Vanaf vandaag gaan we dus iets doen dat nog niet eerder in Nederland is vertoond,” zegt de regisseur. “We hebben uitgebreid gesproken over een totaal andere look and feel. Meer documentairestijl. Niet zo losjes als bij de gebruikelijke help-tv-programma’s. Dat is ook gelijk de reden waarom we met een ander type camera draaien.”
De cameraman kijkt naar de semiprofessionele camera die is besteld voor deze klus. Een soort Lego Technic bouwpakket met verstelbare handgrepen, extra gewicht aan de achterkant om de boel in balans te krijgen en een lensje dat op een mooi fototoestel niet zou misstaan. Hij is al een half uur bezig met de menu-instellingen en hoopt vurig dat hij niks cruciaals vergeet: S-log, 2000ISO, 25P, XAVC, 100mbts, LUT709 alleen op monitor uitgang SDI 2. En dan zeggen ze dat de techniek steeds eenvoudiger wordt. De productie heeft zich wellicht in de luren laten leggen door een cameraman die zelf zo’n set heeft, maar die op deze eerste draaidag al niet meer beschikbaar is.
‘Look and feel’ zijn de toverwoorden anno 2018. En zo min mogelijk scherptediepte. Daar heeft iedereen het over. Dus móét elke producent vroeg of laat meedoen. Zelfs als je een realityprogramma maakt over mensen die teveel tosti’s eten.
Na de eerste confrontatie worden de problemen zo gedetailleerd mogelijk in beeld gebracht. De kandidaten staan letterlijk in hun hemd. Ondertussen pelt de presentator alle gebreken en zwaktes van de hoofdpersoon één voor één af. Uiteraard met oog voor drama en emotie. Zo’n gesprek kan zomaar veertig minuten of langer duren. In de montage zie je hiervan slechts enkele minuten terug. Elke nuance wordt weggeknipt.
“Zie ik daar een traan? Violen svp. En inzoomen!”
Telkens als iedereen denkt dat het gesprek klaar is springt de eindredactrice in beeld met een extra vraag. Nog één dingetje wil ze weten, nog één vraag die eigenlijk even opnieuw moet en nog één probleempje dat in het voorgesprek toch anders uit de verf kwam dan nu. De presentator blijft geduldig en vriendelijk. Bij het tekenen van zijn laatste, zeer lucratieve, contract heeft hij kennelijk alle principes overboord gegooid.
Ondertussen gaat de geïnterviewde steeds meer aan zichzelf twijfelen. De geluidsman heeft een lamme arm en de cameraman weet van gekkigheid niet meer hoe hij moet staan. Hij had gedacht, of misschien wel gehoopt, dat bij documentairestijl en fotolenzen ook altijd een statief hoorde, maar dat blijkt een misrekening. Zo heel strak en nieuw is deze ‘look and feel’ nou ook weer niet. We draaien immers reality.
Deze column schreef ik voor BM (voorheen Broadcast Magazine), hét mediavakblad van Nederland. Elke maand mag ik een stuk schrijven voor dit prachtige tijdschrift in de reeks 'Point of View'. Dit verhaal staat in BM 379, de uitgave van december 2018 met daarin ook de Omroepman van het Jaar. Een abonnement op BM kan ik iedereen van harte aanbevelen, maar dit nummer is ook los te koop in de winkel. Doe dat eens! Leuk voor de kerstdagen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Ik wil reacties altijd eerst even lezen, voor ze op dit weblog worden geplaatst. Daarom kan het even duren voor een reactie wordt gepubliceerd. Ik plaats niet zomaar elke reactie. Het is mijn weblog, dus ik bepaal wat ik een goede reactie vind en wat niet. Als je het er niet mee eens bent, dan moet je lekker zelf een weblog beginnen.
Anonieme reacties zal ik extra kritisch bekijken.