Bédion, Frankrijk. Het dorp aan de voet van de berg maakt zich op voor de doorkomst van de renners. Het duurt nog uren voor de etappe hier begint aan de laatste beklimming van de dag. Dan zal de koers ontploffen. Het is voor mannen als Contador, Evans, Valverde en ook onze Geesink een ideale voorbereiding op de Tour de France.
Nu is het nog betrekkelijk rustig in de straten van Bédion. Het zijn vooral wielertoeristen die dadelijk zelf gaan proberen de berg te bedwingen. Twee Engelse meisjes laten zich fotograferen voor een bord waarop staat hoe hoog en hoe ver het is. Een oud mannetje ziet het vanaf zijn balkonnetje allemaal gebeuren. Hij zit een beetje verscholen achter zijn viooltjes en geraniums. Aan de straat verkoopt iemand kersen. De fietsverhuurwinkel is druk. Bij de fontein vult een man zijn bidon en hij wast zijn gezicht met het koude water.
Het is 25 graden. Half elf. Op het terras van Le Relais du Mont Ventoux zit onze regisseur met een krant. Hij heeft vast koffie voor ons besteld, maar Tim en ik maken beeld en geluid. We filmen de agent die het verkeer een beetje staat te regelen. Een mevrouw die met stokbrood onder de arm oversteekt. De moeder die naast de kinderwagen op een bankje zit te lezen in een boekje. En we maken een exterieur van Le Relais, waar naar verluid Tom Simpson nog een cognac bestelde voor hij aan de dodelijke beklimming van de Ventoux begon.
Straks spreken we hier de schrijver Bernard Mondon, een specialist die ons alles kan vertellen over de berg en haar wielerverleden. Over Kübler, Simpson, Merckx, Bernard, Armstrong, Pantani en over de lokale held Caritoux.
Bij die laatste logeren wij. De 49-jarige Eric Caritoux woont hier niet ver vandaan, in het gehucht Flassan. Naast zijn boerderij, tussen de kersenbomen, heeft hij een gîte en die hebben wij voor de gelegenheid gehuurd. Caritoux, die ooit de Vuelta won, is ook een van de hoofdpersonen in onze film.
Gisteren heeft hij voor ons ‘zijn’ Mont Ventoux beklommen. Het was misschien wel de 100e keer dat het vriendelijke boertje de klim van ongeveer 21 kilometer naar boven maakte. Voor zijn leeftijd en het feit dat hij al een jaar niet meer gereden had vanwege een rugblessure, fietste hij buitengewoon soepeltjes omhoog. Caritoux kende elke meter. Hij wist precies hoe alle bochten het best aangesneden konden worden en tijdens het fietsen vertelde hij dat rustig tegen de camera.
Filmisch is de Ventoux een geweldige locatie. Met name het kale maanlandschap onder de top ziet er in beeld schitterend uit. Alle shots die ik maakte waren raak. Het was een genot voor de cameraman. Temeer omdat Caritoux bereid was om stukken twee keer te rijden als dat nodig was.
Dat was gisteren. Straks komen de profs. Dan staan wij op de top om te registreren wat de berg met ze heeft gedaan. Als ik alle verhalen over de berg beluister word het een visueel feest. Arme renners!
Nu hebben we in Bédion nog even tijd voor een stevige lunch. Het was een heerlijk ontspannen ochtend. Straks is alles anders. Straks moeten we knallen en scherp zijn.
Nu is het nog betrekkelijk rustig in de straten van Bédion. Het zijn vooral wielertoeristen die dadelijk zelf gaan proberen de berg te bedwingen. Twee Engelse meisjes laten zich fotograferen voor een bord waarop staat hoe hoog en hoe ver het is. Een oud mannetje ziet het vanaf zijn balkonnetje allemaal gebeuren. Hij zit een beetje verscholen achter zijn viooltjes en geraniums. Aan de straat verkoopt iemand kersen. De fietsverhuurwinkel is druk. Bij de fontein vult een man zijn bidon en hij wast zijn gezicht met het koude water.
Het is 25 graden. Half elf. Op het terras van Le Relais du Mont Ventoux zit onze regisseur met een krant. Hij heeft vast koffie voor ons besteld, maar Tim en ik maken beeld en geluid. We filmen de agent die het verkeer een beetje staat te regelen. Een mevrouw die met stokbrood onder de arm oversteekt. De moeder die naast de kinderwagen op een bankje zit te lezen in een boekje. En we maken een exterieur van Le Relais, waar naar verluid Tom Simpson nog een cognac bestelde voor hij aan de dodelijke beklimming van de Ventoux begon.
Straks spreken we hier de schrijver Bernard Mondon, een specialist die ons alles kan vertellen over de berg en haar wielerverleden. Over Kübler, Simpson, Merckx, Bernard, Armstrong, Pantani en over de lokale held Caritoux.
Bij die laatste logeren wij. De 49-jarige Eric Caritoux woont hier niet ver vandaan, in het gehucht Flassan. Naast zijn boerderij, tussen de kersenbomen, heeft hij een gîte en die hebben wij voor de gelegenheid gehuurd. Caritoux, die ooit de Vuelta won, is ook een van de hoofdpersonen in onze film.
Gisteren heeft hij voor ons ‘zijn’ Mont Ventoux beklommen. Het was misschien wel de 100e keer dat het vriendelijke boertje de klim van ongeveer 21 kilometer naar boven maakte. Voor zijn leeftijd en het feit dat hij al een jaar niet meer gereden had vanwege een rugblessure, fietste hij buitengewoon soepeltjes omhoog. Caritoux kende elke meter. Hij wist precies hoe alle bochten het best aangesneden konden worden en tijdens het fietsen vertelde hij dat rustig tegen de camera.
Filmisch is de Ventoux een geweldige locatie. Met name het kale maanlandschap onder de top ziet er in beeld schitterend uit. Alle shots die ik maakte waren raak. Het was een genot voor de cameraman. Temeer omdat Caritoux bereid was om stukken twee keer te rijden als dat nodig was.
Dat was gisteren. Straks komen de profs. Dan staan wij op de top om te registreren wat de berg met ze heeft gedaan. Als ik alle verhalen over de berg beluister word het een visueel feest. Arme renners!
Nu hebben we in Bédion nog even tijd voor een stevige lunch. Het was een heerlijk ontspannen ochtend. Straks is alles anders. Straks moeten we knallen en scherp zijn.
(foto: Tim de Bleser)
Leuk man! Ik heb hem ooit opgewandeld, zeker zo heroïsch! En zoals altijd, leuk om te lezen! Groeten uit Vancouver!
BeantwoordenVerwijderen