We
schrijven het jaar 2000. Half september werd ik benaderd door een goede vriend
en begenadigd televisieproducer met het verzoek of ik een week later mee wilde
naar de grandprix van Amerika. Dat leek mij direct een goed plan en een mooi
avontuur, maar ik moest eerlijk bekennen dat ik totaal geen kennis had van
Formule1.
Jos
Verstappen zou ik herkennen. Van Michael Schumacher en Jacques Villeneuve had
ik uiteraard gehoord. Veel meer wist ik echter niet. Het bleek geen
onoverkomelijk bezwaar. Ze zochten met spoed een cameraman en bij voorkeur een
gezellige. Ik voldeed kennelijk aan de eisen. In elk geval voor deze ene trip.
Behoorlijk
blanco liep ik op donderdag 21 september met Olav Mol onder het bord 'Gasoline
Alley' naar de pitstraat van de Indianapolis Motor Speedway. Mijn autosport-carrière
begon in het mekka van de racerij. Of zoals de Amerikanen het mooi weten te
zeggen: in the Racing Capital of the
World. Voor me lag de wereldberoemde 'brickyard', het overgebleven rijtje
kasseien uit de tijd dat het hele circuit nog geplaveid was met steentjes. Ik
zag de 'pole' van poleposition en stond op de plek waar Arie Luyendyk zichzelf
onsterfelijk maakte door twee keer de Indy500 te winnen.
Olav nam
me mee langs alle pitboxen. Van Arrows tot Ferrari. Met een laserpennetje wees mijn
gids op belangrijke onderdelen en nieuwe snufjes op de racewagens. Hij liet me
een band optillen om te ervaren hoe 'zwaar' die dingen zijn. Ik werd geïntroduceerd
bij een paar monteurs, wat persmensen, een teambaas, pr-medewerkers van teams
en uiteraard ook bij Jos Verstappen. De commentator vertelde over de sport met
een aanstekelijk enthousiasme.
Tussendoor
maakten we opnamen voor de vaste rubriek 'Nieuwtjes
uit de pitstraat'. Ik maakte me enigszins zorgen, omdat ik van ver moest
inzoomen op details en die opnamen waren zonder statief niet heel steady, maar
Olav wist precies wat hij nodig had. Hij zou de beelden zelf monteren en
beloofde mijn gewiebel op te lossen door de trillende close shots te vertragen
of te 'freezen'. In enkele gevallen hielden we samen de camera vast, hoog boven
onze hoofden, om over een hek of afzetting heen te filmen. Deze manier van
spioneren leverde in elk geval spannende beelden op en interessante weetjes
voor de Formule1-kijkers in Nederland.
Aan het
eind van de rondleiding werd ik voorgesteld aan journalist Rick Winkelman en
fotograaf Frits van Eldik van het blad RaceReport. Zij zouden mij de volgende
dag een beetje de gaten houden en tijdens de vrije trainingen helpen waar
nodig.
Zo
herinner ik me dat ik wat onwennig om me heen stond te kijken tijdens de
'installation lap' van Jos Verstrappen. In overleg met Rick had ik besloten om
eerst zonder camera te aanschouwen wat er allemaal gebeurde. Toen Jos terug in
de pits kwam en zijn uitlaat in de fik vloog raakte ik een beetje in paniek
omdat ik dit moment niet gefilmd had, maar Rick stelde me gerust met de woorden
dat dit niets voorstelde en zoiets veel vaker gebeurde.
Ik mocht
blijven. Op een kleine vergissing na (ik maakte een shot van Ralf Schumacher,
terwijl ik zijn teamgenoot Jenson Button moest hebben en de naam stond overduidelijk
op de helm) was Olav tevreden. Dat weekend kreeg ik nog een paar
Formule1-lessen van de meester en er zouden er nog vele volgen, want aan het
eind van die trip, in het zwembad van het CourtYard Marriot Inn Hotel, waar ook
Luyendyk verbleef, werd mij gevraagd of ik vaker mee op reis wilde.
En dat
wilde ik!
Tussen
2000 en 2008 heb ik achtenveertig keer het genoegen gehad om met Olav Mol mee
te mogen naar een grandprix. Nooit meer zag ik zulke grote vlammen als op die
eerste ochtend bij Jos Verstappen, maar dat terzijde. Pas toen ik kinderen
kreeg ben ik met Formule1 gestopt, omdat het vele reizen slecht te combineren
bleek met het vaderschap. Toch mis ik regelmatig de tripjes met Olav en
consorten. De streken die we uithaalden en de avonturen die we beleefden. Ik kan er een boek over schrijven.
(foto is uit 2005)
Ergens op het
internet lees ik nu dat Ronald van Dam vanaf het komend seizoen het commentaar
gaat leveren bij alle Formule1 uitzendingen op Sport1 en bij de samenvattingen
op Veronica. Daarmee komt een eind aan het tijdperk Olav Mol. Niet dat we van
hem af zijn, dat geloof ik niet, maar als straks op 17 maart onze Guido van der
Garde in Australië zijn debuut maakt in de koningsklasse van de autosport, dan horen
we daarbij -hoogst waarschijnlijk- niet de vertrouwde stem van Olav Mol; onze
Nederlandse Murray Walker. We moeten het doen zonder uitspraken als “Hij wint met twee vingers in
de Deutsche Nase!”, “Hij gaat er kneiterhard vanaf!”, “Die
tetst hem erlangs!”, “... is het bokje!” en de oerkreet: "Woooo-hoooo!"
Olav was
erbij toen Senna verongelukte, maakte de sport populair in de jaren van Jos
Verstappen en becommentarieerde alle successen van Michael Schumacher. Olav
heeft een grote schare trouwe fans. Ik zou hem niet graag willen opvolgen.
Maar goed.
Ik ben in deze zeker niet objectief.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Ik wil reacties altijd eerst even lezen, voor ze op dit weblog worden geplaatst. Daarom kan het even duren voor een reactie wordt gepubliceerd. Ik plaats niet zomaar elke reactie. Het is mijn weblog, dus ik bepaal wat ik een goede reactie vind en wat niet. Als je het er niet mee eens bent, dan moet je lekker zelf een weblog beginnen.
Anonieme reacties zal ik extra kritisch bekijken.