En dan houdt de presentator opeens het boekje
in de lucht. Altijd naar een andere camera dan afgesproken of in de richting van
de camera die op dat moment net live is. Alle vrije cameramannen proberen zo
snel mogelijk een close-up van de kaft te maken. Degene die het snelst is wordt
in de uitzending geschakeld, net voor de cameraman heeft kunnen controleren of
het beeld ook scherp is. De regisseur zit al ongeduldig te roepen. Het is zijn
eer te na om dit moment te missen, maar zodra het boek beeldvullend in de
uitzending is, legt de presentator het terug op tafel. Altijd! Of hij zwaait
onrustig met het boek langs de verschillende lenzen die hij voor zich ziet.
Het is net als met de close-up van het lintje dat geknipt wordt (te vroeg of net te laat), een handtekening die iemand onder zijn contract zet of de foto die ze even willen laten zien, maar die altijd blijft spiegelen. Als het al een keertje lukt staat het beeld net te kort om er goed naar te kunnen kijken. Dit zijn de standaardmomenten die elke cameraman vreest. Je kan het eigenlijk alleen maar verprutsen.
De wet van Murphy is in deze nog optimistisch.
De cameraman die met de beker mee omhoog wil en de aanvoerder die bedenkt dat hij hem toch eerst nog een keer omlaag doet voor hij hem in de lucht gooit. De close-up van die gouden medaille en de winnaar die zich precies op dat moment omdraait. De DJ die al een tijdje karakteristiek met zijn hand in de lucht wijst, maar uitgerekend op het moment dat de cameraman er op inzoomt weer gaat scratchen. Of het mooie meisje in het publiek die van haar duimen en wijsvingers een hartje maakt en zodra de cameraman het ondergaande zonnetje er precies achter heeft gaat ze verder met ritmisch klappen. In die reeks hoort ook de vette close-up van de spiegelbril waarin het hele podium te zien is tot het beeld geschakeld wordt en de persoon in beeld haar hoofd naar het grote videoscherm draait.
Wil je dat ik nog even door ga? Of is het al duidelijk?
Ze zijn onvermijdelijk. De shots die áltijd de zeik in gaan. Let er maar eens op. Je hoeft er nooit lang op te wachten bij live-televisie. Een getrainde kijker ziet ze ook al mijlenver van tevoren aankomen. En weet je waarom wij het toch blijven proberen? Omdat het een kick geeft is als het eens een keertje wèl lukt. Dan ben je even de koning en kan je weer tien keer genadeloos op je bek gaan.
Het is net als met de close-up van het lintje dat geknipt wordt (te vroeg of net te laat), een handtekening die iemand onder zijn contract zet of de foto die ze even willen laten zien, maar die altijd blijft spiegelen. Als het al een keertje lukt staat het beeld net te kort om er goed naar te kunnen kijken. Dit zijn de standaardmomenten die elke cameraman vreest. Je kan het eigenlijk alleen maar verprutsen.
De wet van Murphy is in deze nog optimistisch.
De cameraman die met de beker mee omhoog wil en de aanvoerder die bedenkt dat hij hem toch eerst nog een keer omlaag doet voor hij hem in de lucht gooit. De close-up van die gouden medaille en de winnaar die zich precies op dat moment omdraait. De DJ die al een tijdje karakteristiek met zijn hand in de lucht wijst, maar uitgerekend op het moment dat de cameraman er op inzoomt weer gaat scratchen. Of het mooie meisje in het publiek die van haar duimen en wijsvingers een hartje maakt en zodra de cameraman het ondergaande zonnetje er precies achter heeft gaat ze verder met ritmisch klappen. In die reeks hoort ook de vette close-up van de spiegelbril waarin het hele podium te zien is tot het beeld geschakeld wordt en de persoon in beeld haar hoofd naar het grote videoscherm draait.
Wil je dat ik nog even door ga? Of is het al duidelijk?
Ze zijn onvermijdelijk. De shots die áltijd de zeik in gaan. Let er maar eens op. Je hoeft er nooit lang op te wachten bij live-televisie. Een getrainde kijker ziet ze ook al mijlenver van tevoren aankomen. En weet je waarom wij het toch blijven proberen? Omdat het een kick geeft is als het eens een keertje wèl lukt. Dan ben je even de koning en kan je weer tien keer genadeloos op je bek gaan.
Zo leuk om je blogs te lezen! Omdat we even kunnen kruipen in de huid van de cameraman/vrouw. En voor mij geldt dat ik láng niet altijd stilsta bij de complexiteit van dat werk. Wat natuurlijk een compliment is, immers: hoe beter je camerawerk, hoe natuurlijker het oogt..alsof de kijker erbij is. Maar, zo leer ik uit je colums: hoe groter het vakwerk! Groetjes Anna
BeantwoordenVerwijderen